I/O Underflow
Tony Oursler 'hackte' de Oude Kerk met digitaal geprojecteerde performances die de evoluerende aard van de architectuur en het culturele gebruik van het monumentale gebouw benadrukten. Mediatechnologie heeft een revolutie ontketend die stilletjes zijn weg vindt in ons leven en onze samenleving. Oursler stelde de vraag hoe deze ontwikkeling bestaande verhalen en denkwijzen verandert. Het publiek was getuige van de koppeling van digitale en historische beelden, die hen aanzette om na te denken over de veronderstelde waarheden achter elk afzonderlijk beeld.
Het gezicht is een belangrijk element in het werk van Oursler. Hij is geïnteresseerd in hoe gezichten emoties en boodschappen overbrengen en of machines in staat zijn hetzelfde te doen. In één installatie deelden vier sprekers in close-ups gefragmenteerde anekdotes en overpeinzingen. In een andere installatie werden gezichten geprojecteerd op het houten plafond van de Oude Kerk.
Op weer een andere plek werd een video getoond van twee mensen die een poëtische kakofonie uitvoerden van teksten geschreven door de kunstenaar. De teksten waren gebaseerd op zijn onderzoek naar Alan Turing, die aan de wieg stond van onze digitale revolutie. In de projecties konden bezoekers aspecten van zijn leven en werk op een niet-lineaire manier gewaarworden. Oursler verknipte en fragmenteerde het verhaal in een verzameling visioenen, spookachtige wezens en half-menselijke wezens. Twee videovoorstellingen in het Hoogkoor toonden twee kanten van de digitale revolutie. Een video ging over controle en controleverlies vielen na verloop van tijd langzaam samen, waardoor er samenhang ontstond tussen menselijke input en digitale output. De ander leek menselijker, vol emoties en woorden van verzet. Gehackt worden was duidelijk niet voor iedereen een vrijwillige keuze.
Tot slot toonde Oursler twee sculpturale elementen. Drie loterijkaarten, zo groot als peuterzwembaden, trilden onder de massieve hand van een krasgokker. De opzichtige objecten en hun nerveuze gefladder maakten een hopeloze gewoonte belachelijk. Hij creëerde ook een eenvoudig gelui gemoduleerd licht. Op een bepaalde manier werd licht gewerkt volgens een eenvoudige vergelijking: hoe harder of zachter het geluid, hoe feller of zwakker het licht. Dit was gebaseerd op de observatie dat wanneer we naar onze schermen staren, we worden uitgenodigd om het digitaal geconstrueerde beeld te geloven terwijl we het zelf produceren. Het bewegende beeld bestaat uit lichtpuntjes en donkerpuntjes; alleen ons geloof in het bestaan ervan maakt het beeld tot een nieuwe realiteit.
Period
|
21e eeuw
|
Materials
|
Beamer, video
|